Films van maker Wes Anderson in één woord: fantasievol.
Niet op een popperige manier maar juist vanuit een intrigerend, maatschappijkritisch standpunt. En Isle of Dogs, Andersons futuristische stop-motion over een stel honden die zijn verbannen naar Trash Island, is exact de aanvulling die zijn oeuvre nodig had.
Slecht nieuws voor puppy-fans: de honden in Isle of Dogs zijn niet aaibaar. Een dubieuze uitbraak van het ‘snuitvirus’ doet de burgemeester van Megasaki (een personage geïnspireerd op de expressie van steracteur Toshiro Mifune) besluiten alle honden te verbannen, beginnend met Spots, de waakhond van zijn aangenomen zoon Atari. Vanuit een kabelbaan worden de stadshonden gedropt op een ander eiland in de Japanse archipel, dat dienst doet als vuilstortplaats, met saké-flessen in alle kleuren van de regenboog.
Japan is niet toevallig als filmlocatie gekozen: Isle of Dogs is een eerbetoon aan de Japanse cinema, kamerscherm-kunst en cineast Akira Kurosawa (1910 – 1998) in het bijzonder. Het verhaal, dat zich ontvouwt als dat van een dystopisch comic-book, is in lijn met Kurosawa’s werkwijze in teamverband geschreven door Anderson, Roman Coppola, Jason Schwartzman en Kunichi Nomura. Makers met wie Anderson al eerder werkte.
De film speelt twintig jaar in de toekomst. Ook dan komen slechte omstandigheden de sfeer niet ten goede; de honden staan op het punt elkáár te verscheuren als Atari (ingesproken door de 8-jarige Koyu Rankin) uit de lucht komt vallen. Met hem begint een troep van vijf honden aan een ongewone maar zeker avontuurlijke reis, op een beat van taiko drums (veelgebruikt in Kabuki theater). Het wordt een reis als die in Andersons Moonrise Kingdom (2012), alleen zijn het dit keer geen kinderen van vlees en bloed maar honden-poppen die buiten de maatschappij geplaatst staan.
Isle of Dogs is na Fantastic Mr. Fox (2009) de tweede animatiefilm van Wes Anderson, ook deze schreef hij samen met Roman Coppola en werd met dezelfde director of photography; Tristan Oliver (Wallace & Gromit, Chicken Run), gemaakt. De eigenwijze snuiten van de hartstikke echt lijkende poppen van zwerfhond Chief (Bryan ‘Walter White’ Cranston) en zijn liefje Nutmeg (Scarlett Johansson) doen meteen denken aan die van Mr. en Mrs. Fox.
De animatie misleidt wel meer. Het Animal Farm/1984-achtige verhaal dat Anderson, met de honden als substituut voor elk mogelijke banneling, heeft gecreëerd is rauwer dan je van een animatiefilm verwacht. En dat valt te prijzen, want dit soort verhalen moeten verteld worden en deze vorm verlaagt de drempel om ernaar te kijken. Alleen al omdat elke set (van de 240) een prachtbeeltenis op een Japans kamerscherm had kunnen zijn.
ik hou het meest van groene thee-ijs
Vrees niet: ook de toon in Isle of Dogs is behapbaar. Met grapjes over snacks en het alwetende hondje Oracle (Tilda Swinton) “ze is niet helderziend, ze begrijpt wat er op tv wordt gezegd” strooien de schrijvers met knipogen naar allerlei trends en andere films en series. Met deze stop-motion film legt Wes Anderson dan ook zijn vinger op zere plekken zonder dat je als kijker in het doemscenario verdrinkt.
Isle of Dogs ★★★★ was de openingsfilm van het Imagine Film Festival 2018 en is vanaf 10 mei in de bioscoop te zien