Aan Claudia heb je geen makkie. Als een vrouwelijke Don Quichot raast ze door het verhaal. Verwarrend, vervelend en bij vlagen sympathiek.
Je waardeert een film als die iets teweeg brengt. Visueel, qua storytelling maar zeker ook qua personages. Die mensen in wier hoofd je kruipt als je 1,5 uur naar het scherm kijkt. Aan hoogleraar Claudia heb je geen makkie. Met haar gifgroene iPhone bericht ze Flavio, haar grote, op dat moment onbeantwoorde, liefde. Geen antwoord betekent een hysterische run naar de telecomwinkel. Onderweg maakt ze wel een vriendelijk praatje met haar buurvrouw (in vechtscheiding); asociaal is Claudia niet, manisch wel.
Actrice Lucia Mascino (ook te zien in Netflix-serie Suburra) vertolkt de radeloosheid van Claudia overtuigend. Met haar felle, lichte ogen en brede lach straalt ze de warmte en het fanatisme van haar karakter mooi uit. En aan Thomas Trabacchi, die de rol van de gepijnigde Flavio speelt, heeft ze een geloofwaardige tegenspeler.
Met Amori Fragili verfilmde Francesca Comencini (vooral bekend van de serie Gomorra) haar eigen boek. De roman over hoogleraar Claudia, voor wie elke dialoog een gevecht lijkt te moeten zijn. Ook haar relatie met Flavio komt uit zo’n conflict voort. En Claudia ‘Quichot’ heeft er geen vrede mee als deze na zeven jaar eindigt.
In de film volg je de struggle van Claudia. Een vermoeiende exercitie, die doet denken aan die van (Blue) Jasmine maar qua tempo een stuk gehaaster voelt. Heden en verleden lopen door elkaar, evenals filmfragmenten in zwart-wit die niet helemaal te plaatsen zijn. Filmisch is Amori Fragili even bruusk als het hoofdpersonage.
De ‘dramadie’ is mooi in de scène waarin Claudia en Flavio tegenover elkaar zitten op het terras van de universiteit in Rome. Ze zijn stil, maar wat er door hun hoofden gaat is in ondertiteling te lezen. De verdere voortdurende woordenstroom van Claudia is, ook voor de kijker, best vermoeiend.
Amori Fragili ★★★ is vanaf 15 maart te zien in de bioscoop